Filtermaterialen zijn in twee groepen te verdelen; voor het mechanisch en biologisch filtergedeelte. De mechanische filtermaterialen zijn bedoeld om de zichtbare vuildeeltjes uit het water te filteren en deze vast te houden.
Een aantal van deze filtermaterialen zijn:
Zeef (zie zeefbochtfilters),
Raatpakket (honingraat), dit is een bezink-pakket waar het water wordt afgeremd en zo de vuildeeltjes doet bezinken.
Tevens vindt er een aanhechting plaats van vuil doordat dit vuil een andere electrische lading heeft dan het (kunststof) raatpakket.
Een ander mechanisch filtermateriaal zijn filterborstels, deze worden meestal gebruikt om het fijnere vuil uit het water te filteren, vaak als kamer achter het raatpakket. Deze borstels zijn in verschillende diameters en lengtes verkrijgbaar.
Schuimmatten worden in de kleinere filters gebruikt om het fijne vuil op te vangen.
Wanneer de vuildeeltjes uit het water gefilterd zijn, komt het water in het biologische filtergedeelte. In dit gedeelte hechten bacteriën zich aan het filtermateriaal zodat deze de schadelijke stoffen omzetten naar plantenvoeding. Dit proces wordt de-nitrificatie genoemd. Des te groter de oppervlakte van het biologische filtermateriaal, des te groter is de capaciteit van dit filtergedeelte.
Een veelgebruikt en goed werkend filtermedium is de Japanse mat. Deze vezelachtige mat heeft een enorm oppervlakte ( 275 m² per m³ ) en een grote doorstroming. De tegenwoordig veel vaker aangeboden Matala PPC matten zijn vergelijkbaar met de Japanse matten.
Een ander biologisch filtermedium is KNS. Dit bio medium is ontworpen als dragermateriaal voor micro organismen om in drijvende of bewegende toepassing vervuild water te filteren. KNS heeft een oppervlakte van 800 m² per m³.
Substraat is een poreus gesteente dat ook vaak wordt gebruikt als bio medium. Het nadeel van dit materiaal is dat het een vrij lage doorstroom-capaciteit heeft.
Tevens zijn er nog veel meer soorten filtermaterialen, Voor meer informatie hierover, kunt u het beste een keer langs komen.
